Ik gun iedere voormalige ster zijn comeback. Maar maak die dan alsjeblieft met de muziek waarmee je groot geworden bent. Anders raakt Clismo helemaal in de war.
Zo kende ik Billy Preston oorspronkelijk alleen van de kleffe zeikballads die hij met Syreeta (Wright, ex van Stevie Wonder) heeft gezongen. Liedjes die zo verschrikkelijk zoet waren dat ik jaren later nog steeds kiespijn kreeg bij het horen van zijn naam. Dus ben ik altijd met een grote boog om zijn platen heen gelopen. Tot ik er op gewezen werd dat hij al halverwege de jaren zestig een paar aardig wilde orgelplaten had gemaakt.
Toen bleek hij ook nog het een en ander met de Beatles en de Stones te hebben gedaan. Er zijn trouwens maar weinig beroemdheden uit de jaren zestig waar hij géén sessiewerk voor gedaan heeft. Maar het meest blij word ik toch van de elpees die hij begin jaren zeventig heeft afgeleverd. Als je hem wild uit zijn bol wil horen gaan moet je die live-elpee kopen, maar mijn favoriet is Everybody Likes Some Kind Of Music. Jazz, Gospel, Blues, Rock, staat er op de voorkant. En dat klopt helemaal. Al was Billy het woord Funk nog even vergeten. Van het intro tot finale met het klassieke (als in: piano met strijkers) Minuet For Me is het één groot feest. Gezellig. Vrolijk. Uitbundig. Warm. Ontroerend. En af en toe wild uit de pan. Goed, man! |